Een superpositieve voetbalcoach schreeuwt de zevenjarige Pietertje toe in de Calvé Pindakaas reclame. Deze keer géén slecht geïmiteerd dialect maar Brabander Michel Pijpers uit Berkel Enschot die als voetbalcoach fungeert. ‘Skupt mar gewoon tegen diejen bal aan jonge, tis oe moeder nie’.
In de reclame van Calvé Pindakaas maken ze gretig gebruik van ’t Brabantse dialect en van zwemtalent Pieter van den Hoogenband.
‘Nie meej zun alle op un klûtje!’, is het eerste wat je hoort als de reclame voorbij komt. De mennekes spelen in oude PSV tenues op een knollenveld dat warempel ook nog langs een wei met koeien ligt. Hoe typisch.
Speciaal voor de reclame uitgekozen vertelt Pijpers. “Het is opgenomen op een voetbalveldje in Aartswoud in Noord-Holland. Ze moesten een veld hebben met koeien ernaast.”
Pijpers moest voldoen aan een aantal eisen; Brabants praten, rond de vijftig jaar zijn en een positieve coach kunnen spelen. De kreten die hij over ’t veld schreeuwt, kwamen uit z’n eigen hoed.
“Ze zijn uit het leven gegrepen, ik heb zelf ook kinderen die voetballen en ik ben ook ooit coach geweest.” Zijn teksten kwamen uiteindelijk letterlijk in het script terecht nadat ze Pijpers hadden gehoord tijdens de casting.
Hij is tevreden over de reclame ten opzichte van andere reclames met ’t Brabants dialect erin verwerkt. “Het zuidelijke dialect heeft in reclames altijd een wat domme uitstraling. Maar dat heeft deze pindakaasreclame juist niet, die vind ik heel vriendelijk.”
De reden dat het Brabants zo’n prominente rol speelt, komt natuurlijk door de hoofdrol van de kleine Eindhovense Pieter van den Hoogenband. Al is dit ‘Pietertje’ niet afkomstig uit Brabant.
Het is een Zaandammertje. En voetballen kan hij in ’t echte leven ook niet vertelt zijn moeder Cindy. “Hij kan echt totaal niet goed voetballen. En zwemmen? Dat was gewoon een emmer water die ze over die pot pindakaas hebben gegooid want dat kan hij ook nog niet.”